Op een dag, in het tweede jaar van mijn studie Bouwkunde, zag ik voor het eerst de Nikè van Samothrake. Niet de echte in het Louvre, maar een gipsen afgietsel waarvan wij studenten een aquarel moesten maken. Het beeld fascineerde me vanwege de erin uitgedrukte vaart. Aan de wapperende plooien van haar gewaad zie je dat ze nog maar net op de voorplecht van het schip is geland. Pas jaren later ontdekte ik dat Nikè overwinning betekent. Als boegbeeld inspireerde ze de bemanning van haar schip om alle aardse traagheid te overwinnen en de veilige haven uit te roeien.
We gebruiken het woord boegbeeld tegenwoordig vaak voor ambassadeurs van een goede zaak. Velen van hen zijn net als Nikè vrouwelijk. Zo was first Lady Michelle Obama met Let’s move indertijd het boegbeeld in de strijd tegen obesitas en is koningin Maxima ambassadeur voor het bedrijfsleven. Boegbeelden werken als ijsbrekers. Ze breken verstarde relaties en gewoonten open, verwarmen onze harten en roepen enthousiasme op. In de stralende ogen en blozende wangen van een geestdriftig mens schemert verleidelijk iets goddelijks door. Het aan het Grieks ontleende woord enthousiasme betekent dan ook ‘in god zijn’. Ook in het Nederlands klinkt dit door. Een geestdriftig mens wordt door geest gedreven. Het toekomstbeeld dat in hun ziel leeft, laat hen stralen. Misschien volgen we hen daarom wel zo graag.

Dragen we zelf zo’n toekomstdroom in ons, dan trekt ze ons aan, zoals licht dat met vlinders doet. We vatten moed en zijn bereid onze comfortzone te verlaten. Over die aantrekkingskracht dichtte Goethe Selige Sehnsucht[1]. Hij beschrijft er het zalige verlangen in om als een vlinder in de vlam te sterven en zo tot wording te komen. In het sterven ligt een nieuw begin. Laat je de cryptische tekst van dit gedicht goed tot je doordringen, dan beschrijft Goethe een sterven voor de dood waardoor je je als mens ontwikkelt en tegelijkertijd je omgeving verlicht. Enthousiasme baart moed en offerkracht. Hoe meer een ideaal je in vuur en vlam zet, hoe belangrijker het is om ook de realiteit in het oog te houden en na te gaan wat je allemaal in de waagschaal wilt stellen.
Lang geleden plaatste Aristoteles de deugd tussen twee ondeugden in. Moed bijvoorbeeld plaatste tussen de ondeugden angst en overmoed. Moed beweegt zich tussen laf wegkruipen en vermetel handelen. Ook geestdrift is zo’n deugd. Beschikken we over een lauwe natuur, dan zullen we ons niet van de groep losmaken. Zijn we daarentegen te vurig, dan verliezen we de menselijke maat hoogmoedig uit het oog. Hoe gevaarlijk dit is, lees je in de mythe van Icarus. Samen met zijn vader Daedalus vluchtte de jongeman van Kreta. Zijn vader had vleugels voor hen beiden gemaakt. Voor ze vertrokken, raadde hij zijn zoon aan een middenkoers aan te houden. Niet te dicht boven zee, want opspattend water zou zijn vleugels verzwaren. Niet te hoog, want anders zou de bijenwas waarmee de veren aan de vleugels zaten, smelten. Helaas nam de jonge waaghals niet aan. Hij vloog steeds hoger, de was smolt en Icarus stortte in zee.
Enthousiasme maakt ons nog niet tot goden. Wil je de menselijke maat behouden, dan doe je er goed aan de gulden middenweg te zoeken en regelmatig te wikken en te wegen. Vraag je af wat je wilt realiseren en wat jij of anderen daarvoor los moeten laten.
[1] Je vindt dit gedicht onder de titel Selige Sehnsucht op Wikipedia.
Bron foto: wikipedia, maker Chosovi
Mooi! Ik zie je op het symposium! Leo
LikeGeliked door 1 persoon
[…] het enthousiasme voor het doel dat iemand voor ogen staat, kan tot zo’n lange oefenweg inspireren. Het brengt […]
LikeLike