Over de Styx

Onlangs droomde ik, dat ik met twee wat oudere vrienden op een terrasje zat. Terwijl we van de late middagzon genoten, vroeg een van hen me of ik hen iets wilde vertellen over de reis die we na de dood maken. Voor ik hem kon antwoorden, werd ik wakker. Jammer, want in werkelijkheid krijg ik die vraag maar zelden, terwijl het antwoord zo belangrijk is.

Lang geleden legden de Grieken een obool in de mond van gestorvenen. Ze geloofden dat de doden met dat zilveren muntje de oude veerman konden betalen, die hen vervolgens over de Styx zette. Die rivier scheidde de wereld der levenden, van die van de gestorvenen. Had een dode geen veergeld bij zich, dan kon Charon hem niet overzetten, met als gevolg dat de dode zo’n honderd jaar rusteloos langs de oever van de Styx moest blijven dwalen. Wat kan zo’n oude Griekse mythe ons nu nog leren?

De obool die we aan de oever van de Styx moeten achterlaten

Daarover mijmerend, schoot me een ervaring uit mijn studietijd te binnen. Vlak voor ik ontwaakte, kwam ik in een ruimte, waarin ik mijn hele leven als driedimensionale filmbeelden om me heen zag. Overal waar ik keek, zag ik mijn verleden. Stapte ik in zo’n film, dan beleefde ik die gebeurtenis tot in de kleinste details opnieuw. Eenmaal wakker, verbaasde ik me over de rijkdom aan details waarover ik onbewust beschikte. Pas jaren later begreep ik dat al die herinneringen verbonden zijn met mijn Chi. Mijn levenskracht. Dankzij die vitale Chi kunnen wij denken. Onze gedachten en herinneringen zijn kennelijk verbonden met wat ik mijn levenshemd ging noemen. Verliezen we delen van dit levenshemd, dan raken we daarmee ook een belangrijk deel van onze identiteit kwijt. Hoe bedreigend dat is, ervaren mensen met beginnende dementie. 

En juist dit levenshemd, waarin hun opgebouwde identiteit verankerd is, kunnen de doden niet behouden. Een paar dagen na hun overlijden moeten zij dit hemd loslaten en verlaten ze een gebied, dat in het Ptolemeïsche wereldbeeld de Maansfeer werd genoemd. Het verbreken van dit zilveren koord is de moeilijkste stap op hun hemelreis, want zo gauw de verbinding met hun levenshemd wegvalt, steken heftige emoties met titanische kracht de kop op. Wijze Grieken moeten dit beseft hebben, want het woord Styx betekent haat of afschuwVooral jegens anderen. De grijze schimmen die indertijd aan de oever van de Styx moesten wachten, waren bang voor de baaierd van haat die ze voor zich zagen. Niet voor niets hadden de Grieken een afschuw van het dodenrijk. In de Odyssee bijvoorbeeld, lezen we dat Odysseus naar dit onderaardse rijk afdaalde. Daar ontmoette hij de schim van zijn gestorven strijdmakker Achilles. Die vertelde liever een knecht te zijn op aarde dan een koning in het dodenrijk.

Sindsdien is veel hetzelfde gebleven. Nog steeds komen we een paar dagen na onze dood aan de rand van het grote water en verschijnt er aan de kust een boot. Nog steeds moeten we ons levenshemd daar achterlaten en ervaren we daarbij de heftigste gevoelens. Tegelijkertijd is alles veranderd, want sinds Golgotha krijgen de doden hulp. Het aanknopingspunt voor die hulp vormen de tere, liefdevolle gevoelens in onze ziel en de goede wil die zich daarmee verbindt. Aan het roer van de zonneboot staat bovendien een engel. De Afrikaans-Amerikaanse spiritual Michael row the boat ashorehallelujah bezingt hoe hij de doden zijn helpende hand reikt. In Michaels boot verlaten ze de duistere Maansfeer en zetten ze hun tocht naar een zonnige bestemming voort. 

Michael row the boat ashore, Hallelujah
De Grieken kenden deze zonnige bestemming als de Elysese velden. Een naam die een duidelijke klankverwantschap heeft met de velden van Aaloe. Het paradijselijke rijk van de zonnegod Ra ten tijde van de Egyptische farao’s.
Ook nu nog is dit een belangrijke halte op de weg naar een volgende incarnatie.


————————

Geactualiseerd met nieuwe tekeningen op 21 mei 2023.

Eén reactie

Plaats een reactie